Hoe Mojo met een hekje de wereld over ging
Een heel bijzonder hekje... met een heel bijzonder verhaal. 3voor12 plaatste gisteren een prachtig interview met onze directeur John Mulder over de MOJO Barrier!
Dankzij het hekje durfde Prince weer op het podium te klimmen. Dankzij het hekje zijn duizenden mensen van de verdrukking gered. Dankzij het hekje zijn de festivals de komende zomer weer veilig: eindelijk eens een verhaal over de Mojo Barrier, het dranghek waarmee John Mulder wereldberoemd werd.
‘Kijk, je pakt ‘m hier vast…’ Met de behendigheid van de kwiekste podiumbouwer haalt MOJO-directeur John Mulder (63) een flink dranghek uit het krat. ‘En dan klap je hem zo…’ Klik. Klak. Hoplakee. Et voilà, binnen een minuut staat daar het wereldberoemde hekje in zijn volle glorie. We zijn net de zaal van Ziggo Dome binnen gelopen, waar vanavond The Killers zullen spelen en zo tientallen hekwerken voor het podium worden opgebouwd. John kijkt nog eens trots naar het hekje, zet zijn voet op het aluminium trapje en poseert voor de camera. ‘Ziet er goed uit, zo?’
John Mulder is nu als directeur van de grootste concertorganisator van Nederland een van de machtigste mannen van de Nederlandse muziekindustrie en was jarenlang een van de voornaamste evenementen-veiligheidsexperts ter wereld. Maar dertig jaar geleden deed hij wat uitgroeide tot zijn belangrijkste uitvinding: de Mojo Barrier®. Het hekje wordt nog altijd wereldwijd ingezet bij concerten, festivals en evenementen en werd geëxposeerd in het MoMA in New York. Inmiddels is er een kilometer of 10 van in omloop en als muziekliefhebber is de kans ongeveer 1 op 1 dat je er dit festivalseizoen weer ’ns tegenaan leunt in de hoop vooraan te staan bij de show van je favoriete artiest.
En toch, toch heeft het hekje nooit echt het voetstuk gekregen dat het verdient, terwijl er zoveel fantastische verhalen aan kleven. Om dat recht te zetten staat John hier nu met zijn voet op het hekje te poseren.
Massahysterie bij Michael Jackson
Het begon allemaal toen Michael Jackson op 2, 5, 6 en 7 juni 1988 zijn eerste reeks Nederlandse solo-concerten gaf in het Feyenoord Stadion. John Mulder, toen hoofd productie van Mojo, schrok zich een hoedje bij die shows: ‘Er pasten in de Kuip zestienduizend mensen op het veld, die allemaal vooraan wilden staan om Michael Jackson te zien. Dat werd een gigantisch geduw, waardoor we wel 100 à 150 meisjes uit het publiek moesten trekken en tussen de steigerbuizen voor het podium moesten doorgeven, nog voor de show was begonnen. Het was echt gevaarlijk, een grote chaos. Uiteindelijk hebben we op een enkele avond 350 EHBO-gevallen gehad.’
Daar in de backstage speelde zich een totale nachtmerrie af: er waren keihard huilende meisjes, mensen die waren flauwgevallen nadat ze in verdrukking waren gekomen. Er heerste een behoorlijke paniek. En dat was niet voor het eerst, hè? De afscheidsshows van Doe Maar in Den Bosch en Tiel waren hetzelfde. ‘En dan gebeurt het ergste wat je als organisator kan overkomen: je krijgt het gevoel dat je het niet meer onder controle hebt. Als er zes mensen flauwvallen, oké. Twintig of dertig kan ook nog: ze zijn hyper, moeten gewoon even tot rust komen en lopen na een kwartiertje met een glimlach het veld weer op. Maar vallen er zestig mensen flauw? Dan heb je de capaciteit niet meer om ze op te vangen.’
'Of we vinden er iets op, of ik kap ermee'
John tikte na afloop van het Michael Jackson-concert dus zijn collega Leon Ramakers aan en zei: ‘Dit kan zo niet langer. Als het zo doorgaat in deze industrie, gaan er doden vallen, en ik wil daar niets mee te maken hebben. Of we vinden er iets op, of ik kap ermee.’
Natuurlijk vond hij er uiteindelijk wat op. Geïnspireerd door een vergelijkbaar maar kwalitatief inferieur systeem in Amerika ging hij met een kennis aan de tekentafel zitten om het hekje te ontwerpen zoals we dat nu kennen: een simpel aan elkaar te monteren hek van 1.20 meter breed dat modder, water en bollingen in het terrein kan overwinnen en niet zomaar kan omvallen bij grote druk, met een trappetje waar de security op kan gaan staan en aan de andere kant ook een vloertje waar publiek op kan gaan staan. Tegelijkertijd besloot Mulder om met die dranghekken vakken in het veld te gaan bouwen waar maar een gecontroleerd aantal mensen naar binnen kon. ‘Daardoor wordt de druk natuurlijk ook veel minder hoog, als je niet in het voorste vak staat heeft het geen zin om jezelf naar voren te duwen, en de security kan door de vrijgekomen paden tussen de vakken lopen.'
Bloednerveuze Prince gered door hekjes
Twee maanden na de roemruchte shows van Michael Jackson zou Prince naar de Kuip komen voor zijn LoveSexy-tournee, in augustus 1988. Maar tijdens de eerste show van die tournee een paar dagen eerder raakte de popster helemaal over de rooie: ook daar in Oslo heerste een massahysterie vergelijkbaar met de show van Jackson. Mensen vielen bij bosjes om, en alleen aan de linkerkant van de zaal was een EHBO-post. Viel er aan de rechterkant iemand flauw, dan werd die voor de neus van Prince naar de andere kant gedragen. ‘Hij is tijdens die show helemaal gek geworden: “Er raken mensen gewond, er gaan doden vallen, dit loopt helemaal uit de hand!” Die nacht heeft–ie zijn manager Steve Fargnoli gebeld: “Ik ga niet meer optreden.”’
De volgende ochtend om 6 uur hing Steve dus aan de lijn met Mojo aan de lijn om het slechte nieuws te brengen: mogelijk gaan de drie shows in de Kuip niet door, en moet Mojo een dikke 120.000 kaartkopers teleurstellen. ‘Wij werden daar ontzettend nerveus van: het was niet verzekerd, wat moeten we nou?’ Het had immers het einde van Mojo kunnen betekenen: als Prince zijn tour had gecanceld, was His Royal Badness zelf allereerst failliet gegaan, ‘en van een kale kip is niets te plukken, hè?’
Terwijl Prince niet meer van zich liet horen en zelfs de telefoon niet meer opnam voor zijn eigen manager, onderzocht Mulder een paar mogelijke oplossingen: een tiental shows in het veel kleinere Ahoy bijvoorbeeld. Maar de productie was te zwaar voor het plafond van die zaal, dus dan moesten er weer vier gaten in het dak worden gezaagd, en moesten de stellages aan vier hijskranen worden gehangen.
'Prince in paniek had het einde van Mojo kunnen betekenen'
Mulder en zijn collega Leon Ramakers zaten met de handen in het haar, maar dan rijdt de avond voor de eerste show een auto met geblindeerde ramen het stadion binnen. En wie stapt daar uit? Prince! ‘Niemand wist dat hij zou komen opdagen. Leon en ik zijn naar hem toe gegaan en vroegen maar eens: “What’s your problem?” “I don’t want people to get hurt when I play guitar”, zei–ie. Ik: “Nou, ik vind het eigenlijk wel cool dat je dat zegt. Jeetje, wat goed eigenlijk.” Dat heeft hem wel in een andere mindset gebracht, hij had alleen nog maar tegengas gekregen: “Je moet je niet aanstellen, je moet zus en zo!” We hebben hem uitgelegd dat we vakken konden bouwen, en daar werd hij steeds enthousiaster over.’
Mulder had wel een beetje gebluft: het project dat de Mojo Barrier zou worden stond nog in de kinderschoenen, en ze hadden nog helemaal niet genoeg prototypes om de Kuip mee te vullen. ‘We hebben Prince gezegd: we gaan ons best doen om overnight extra hekken te bouwen, maar dan wil ik dat je morgenmiddag om twee uur in het stadion bent. We gaan om vijf uur open, en als je alles goedkeurt doen we dan drie shows. Als je het afkeurt, dan hebben we drie uur om alle mensen te informeren. Daar ging–ie mee akkoord.’
Die nacht heeft Mulder iedereen die in de omgeving van Rotterdam kon lassen gebeld, en wonder boven wonder lukte het inderdaad om de volgende middag de hele Kuip te voorzien van hekken. ‘En het zag er netjes uit, hè? Allemaal zwart geschilderd, piepschuim eronder. Tot mijn grote verbazing kwam Prince exact om twee uur weer het veld op lopen. We dachten: hij is een beetje mensenschuw, dus laten we maar niet meteen op hem afstappen, en hem lekker laten rondneuzen. Wij keken zijn richting op en gingen met ons hoofd omhoog, zo van: “Wat vind je ervan?” En hij knikte: ja, ja, het is wel goed. Hij is weggegaan naar zijn hotel, en heeft vervolgens drie fantastische shows gedaan.’
Lang verhaal kort: Prince zei na die shows dat hij in zijn hele leven nooit meer wilde optreden zonder die hekjes in de zaal, en zo geschiedde. Mulder huurde direct drie trailers, zestien man crew, twee sleeper coaches en stuurde dat provisorisch in een nacht in elkaar gelaste hek-systeem mee door Europa. Ook bij alle wereldtours die volgden kon Prince vertrouwen op de Mojo Barrier.
U2 en de tuinman/neef van Bono
De eerste keer dat de Mojo Barrier vervolgens systematisch op grote schaal werden geïmplementeerd was bij The Rolling Stones en Tina Turner de volgende zomer. ‘Ik moest en zou ze af hebben voor de Stones, want ik wilde laten zien hoe het werkt. Ze kwamen letterlijk net uit de smederij en waren nog warm, zeg maar. Maar zowel de security als de crew als het management begreep er helemaal niets van. “John, what the fuck is going on? What are you doing?”, kreeg ik te horen. Dus ik zei: “Pressure… Crowd control… sections in the audience… to reduce the push.” We probeerden het, en het werkte fantastisch.’ Ter plekke besloten ook de Stones en Turner dat ze de hele tour de hekjes wilden meenemen.
Nog zo’n mooi verhaal: John werd voor de Zooropa-tour van U2 naar New York gevlogen, omdat de band de Mojo Barrier wilde gebruiken voor de nogal gekke catwalk, een ronde boog die door het publiek liep en eindigde in een taartpunt. ‘Ik bouwde daar de barriers op met AJ, het neefje en de tuinman van Bono. Hij was gewoon een leuk jochie, we hadden wel een klik. Toen ik eindelijk in het hotel was, met een jetlag dus helemaal naar de klote, werd ik om half 4 ’s ochtends uit mijn bed gebeld. “Ja John, met AJ. Ik heb Bono je hekken laten zien en uitgelegd hoe het werkt. Die vindt het zo fantastisch, we willen ze nu overal. Ook voor het podium, dus we hebben er veel meer nodig.” “Leuk, maar die show is over twee dagen. Ik bedoel…” “Maakt niet uit, regel het maar!” Nou, toen heb ik wel geleerd wat rock ’n roll is.
AJ regelde dat de hekken door-to-door vanuit Nederland naar New York konden worden getransporteerd. ‘Je belt zo’n transportbedrijf, en zegt: “Ik heb hier mijn spullen staan, en over 24 uur heb ik ze daar nodig.” Zij zorgen voor de rest. Ik moest dus mijn mensen bellen: “Je moet als de sodemieter die hekken klaarzetten en schoonmaken, zodat het er pico bello uitziet. Over vier uur komt er een vrachtwagen die ze ophaalt en naar Schiphol brengt. Daar hebben ze de eerste vlucht van KLM naar New York een stel pallets uitgekocht: die moesten eruit, de hekken gingen erin. De volgende ochtend kwam een vrachtwagen vol Mojo Barriers in New York binnen. Ja, dat is wel kicken, natuurlijk. De airflight-bill was hoger dan de kosten van het maken van de hekken, moet je nagaan!’
De wereldverovering van het hekje
Mulder moest in de jaren erop in ieder land weer bureaucratisch geneuzel overwinnen, vertelt–ie, en hij gaf tonnen uit aan verzekeringen en testrapporten, maar zo groeide de Mojo Barrier uit tot een opzichzelfstaand bedrijf en werd de uitvinding van John Mulder de wereldstandaard voor grote shows. Elke zichzelf respecterende band heeft vandaag de dag ‘Mojo type barrier’ op de rider staan. Echt waar! ‘Wanneer Guns ’n Roses of Metallica een wereldtour deed en telkens met lokale productie werkte, namen ze maar een paar dingen zelf mee: een eigen backline – drums, gitaren, versterkers –, een eigen geluidstafel én die barriers. Geweldig, toch? We hadden niet verwacht dat het zo’n vogelvlucht zou nemen en waren ontzettend verbaasd door de grote vraag.’
En tegelijkertijd is de Mojo Barrier natuurlijk niet meer de enige in het land der hekjes, geeft Mulder toe. ‘We werden op een gegeven moment ongelooflijk gekopieerd en hebben veel last gehad van diefstal: gingen er 200 barriers de wereld over, dan kwamen er 170 terug. Ik had wel een wereldwijd patent en heb twee rechtszaken gedaan, maar ik ben een muziekmens, ik wil niet mijn leven slijten in de rechtbanken. Maar omdat wij de relatie met de grote groepen al hadden, namen ze altijd onze barriers mee.’
Sterker nog: Mulder durft wel te stellen dat er in de afgelopen vijfentwintig jaar geen enkele grote rock-wereldtournee plaatshad zonder Mojo Barriers. Of dat een van de grootste inkomstenbronnen voor Mojo werd? ‘Dat viel mee, we hebben Mojo Concerts en Mojo Barriers altijd gescheiden gehouden, en typisch voor een hardware-bedrijf: alles wat je verdient gaat weer terug het bedrijf in. We hebben jaren gehad waarin we 1 a 1,5 miljoen euro aan nieuwe spullen kochten.’
Inmiddels heeft Mojo Barriers takken in Engeland, Amerika, Japan en eigenlijk overal over de wereld, en onlangs is het verkocht aan een groot Duits bedrijf. Ja, en John Mulder is iedere keer dat hij zo’n hekje ziet staan op een festival, show of voetbalwedstrijd weer trots. ‘Jaaaaa, tuurlijk. En het leuke is: als jij een lamp koopt, is die na twee jaar ouderwets: er is weer een nieuwe lamp. Het mooie aan deze hekken: ze worden iedere paar jaar uit elkaar gehaald en opnieuw geëpoxeerd, maar als je zo’n hek uit 1988 nu ziet? Je ziet het verschil niet, ze zijn nog altijd precies hetzelfde!’